Faalangst

Auteur: Lars Soerink geschreven op 9 november 2009

Mijn grootste angst als ik ergens op reportage ben, is terugkomen zonder foto's. Zonder foto's die iets toevoegen aan wat er allemaal al is. Door slecht weer, slechte voorbereiding, slecht voedsel of een slechte mentaliteit. Door slaap, vitamine of motivatiegebrek. Of gewoon door domme pech - wat dan weer veroorzaakt wordt door voornoemde pech en gebreken, want geluk dat heb je niet, dat dwing je af. 

Een poos geleden kampeerde ik met Niels op Puffin Island, een onbewoond eilandje voor de beroemde Ierse Westkust. The Ring of Kerry is wel de Lord of all Rings, met magnifieke uitzichten en vriendelijke pubs overal langs deze touristische route. We hadden ons vrij aardig voorbereid en hoefden onze zoetwatervoorraad van 75 liter niet eens op te maken. Met de speciaal geprepareerde lange mast-op-statief-camera fotografeerden we leven op steile kliffen, we daalden aan ons touw af naar een klein strandje waar zeehonden overtijen, we schuilden in onze tenten tegen de Atlantische regenbuien. 

Na een dag of tien op Puffin Island - zo redeneerde ik - zou het toch vrij aardig moeten lukken om met spectaculair beeldmateriaal van Papegaaiduikers - Puffins - terug te komen. De dagen verstreken en we fotografeerden er op los. Maar na negen dagen hadden we nog geen Puffin gezien. Okee - zonder te overdrijven: we zagen er wel, maar telkens op grote afstand, en zeer zeker niet zoveel als het er zouden moeten zijn. Na negen dagen had ik in elk geval nog geen foto die het bewaren waard zou zijn, laat staan publicatiewaardig. De drager van het artikel, het coverbeeld dat lezers uitnodigt om het blad ter hand te nemen, te lezen over Puffin Island. De foto in mijn hoofd die mij deed besluiten deze reis te ondernemen...

Er kondigde zich een dag met stabiel weer aan, we kregen bericht dat wij de volgende dag weer opgepikt zouden worden door onze vriendelijke boatman. Met gemengde gevoelens zetten wij ons aan het inpakken van alle materialen. Een currach vol met koffers, tassen, kratten en kisten. 

Om afscheid te nemen van Puffin Island liep ik nog eenmaal de steile helling naar het hoogste punt op. Niels fotografeerde in de verte nog een landschapje. Terwijl ik liep trok de lucht open. Het geruis van vogels in de lucht nam toe. Kennelijk was dat verderop ook merkbaar geweest, want terwijl ik het uitzicht in mij opnam verscheen Niels plots naast mij op de top. En toen zagen we waar we al die dagen op hoopten. Tienduizenden papegaaiduikers verlieten de holen waarin zij broeden. De holen die hen al die tijd onzichtbaar maakten. In een lint, in een van zee steeds verder aangroeiende massa, cirkelden de vogels rondom hún eiland. Hals over kop daalden we af naar een uitstekende rotspunt. In de vallende avondschemering zetten wij ons tussen enkele rotsblokken en probeerden de sfeer van dit moment weer te geven. Uiteindelijk lukte het om enkele razendsnel passerende vogels vast te leggen in hun beweging. Een klein beetje flitslicht (onder een hoek en vastgehouden door Niels, aangestuurd via een radiotrigger) zorgde voor de scherpe aftekening. 

Dat was een mooi moment - emotioneel en euforisch tegelijk. Het was zeer beslist één van de mooiste spektakels die ik heb beleefd, en ik heb intussen vrij veel natuurspektakel gezien.

De apotheose kwam in de vorm van een papegaaiduiker die kennelijk zijn vliegroute op de automatische piloot uitvoerde en met een doffe klap tegen het hoofd van Niels vloog. Van schrik leegde hij - de papegaaiduiker - zijn maag. Wij weten nu: Puffins zijn viseters. 

 

 

Papegaaiduiker in de schemering

 

Papegaaiduiker in de avondschemering,
Puffin Island, Ierland

Draai uw scherm voor een optimale ervaring